“Waarom neem je eigenlijk geen echte baan?” Een wat oudere docent van een andere school kijkt me vragend aan. Ik ben gewend aan vragen over mijn beslissing om als docent wiskunde voor een detacheringsbureau te werken, maar deze vraag heeft zo veel lagen dat ik even moet nadenken vanuit welke invalshoek ik ga antwoorden.
“Omdat ik na mijn afstuderen niet direct vast op een school wilde zitten”, begin ik mijn standaardantwoord. “Ik wilde graag ervaring opdoen op verschillende scholen. Veel mensen ontmoeten en in aanraking komen met verschillende onderwijsvisies.”
“Hm”, krijg ik de ruimte om mijn verhaal te continueren.
“Vanuit mijn vaste dienstverband heb ik die mogelijkheid. Ik hoef me niet in april al bezig te houden met een aanstelling voor komend schooljaar. Dat is de taak van het detacheringsbureau. Ik heb daardoor de vrijheid om met volle aandacht het schooljaar af te ronden op mijn huidige school.”
“Hm”, antwoordt ze terwijl haar veranderende gezichtsuitdrukking laat zien dat ze aan het denken wordt gezet.
“Daarnaast heb ik meer mogelijkheden tot het volgen van uiteenlopende, kwalitatieve cursussen. Mijn werkgever kent zowel mij als de scholen waarmee ze werken erg goed. Hierdoor kom ik in overleg te werken op scholen die bij me passen. Momenteel werk ik naar volle tevredenheid binnen gepersonaliseerd onderwijs. Een stap die ik alleen waarschijnlijk niet had gezet.”
“Hm”, lijkt ze verrast door het feit dat er ook inhoudelijke voordelen zijn.
“Ook voor het onderwijs zelf zie ik toegevoegde waarde. Het mag in mijn ogen allemaal wel wat dynamischer. Ik ken scholen waarop een groot deel van de lesgevende docenten zelf leerling is geweest en er direct na hun afstuderen weer terugkeerde. In mijn ogen geen wenselijke situatie.”
“Hm,” geeft ze aan nog wat meer toelichting op dit punt te willen.
“Natuurlijk is het iets duurder om een gedetacheerde docent voor de klas te zetten”, ga ik verder, “maar daar krijg je ook een hoop voor terug. Voor die extra kosten die het onderwijs maakt, krijgen ze wel meer ervaren docenten die pas als ze er aan toe zijn een weloverwogen keuze maken om langere tijd op een school te gaan werken.”
Zonder haar de ruimte te geven voor haar onderhand vaste antwoord voeg ik daar aan toe: “Daarbij zijn de gedetacheerden vaak per direct beschikbaar en zit je niet langer aan ze vast dan nodig. Ook deze flexibiliteit kost nou eenmaal geld.”
“Hm”, ontvang ik alsnog haar verwachte reactie.
Ik zou hier nog veel langer met haar over door kunnen praten, maar daar is momenteel helaas geen tijd voor.
Toch krijg ik de indruk dat ze wat nieuwe inzichten heeft gekregen. Ik sluit niet uit dat ze na haar afstuderen best een vergelijkbare keuze had willen maken. Misschien overweegt ze zelfs wel wat flexibiliteit tijdens de laatste jaren van haar carrière?